Archief voor SARGASS0

Dappere Dijksma

Voor het hopeloos genuanceerd opinieblog Sargasso.nl levert Opdichter bijdragen over onder meer dierenwelzijn. Na publicatie daar verschijnen die ook hier.

Eerder gepubliceerd op SARGASSO.

OPINIE – Staatssecretaris Sharon Dijksma van Landbouw heeft veel meer oog voor dierenwelzijn dan haar voorganger, Henk Bleker. Waar Bleker altijd uitging van het economisch belang, durft Dijksma paal en perk te stellen aan het systematische dierenleed in ons land.

Partij-van-de-Arbeid-Sharon-Dijksma-1370859904-324x193De veehouderij in Nederland is in enkele tientallen jaren veranderd van een kleinschalige, traditionele sector in een hoogtechnologische industrie die gekenmerkt wordt door de efficiënte, arbeidsextensieve wijze waarop massaproductie wordt bewerkstelligd. Ruimte voor dierenwelzijn is er nauwelijks geweest, al werden de afgelopen jaren de contouren van een kentering zichtbaar. Maar nu, met de sociaaldemocratische staatssecretaris Sharon Dijksma aan het roer op Landbouw, lijkt een omslag in het denken over dierenwelzijn plaats te vinden.

Neem de problematiek rond de eendagshaantjes, waarvan er in Nederland jaarlijks veertig miljoen ter wereld komen, enkel en alleen om zo snel mogelijk te worden vernietigd. Dijksma wil onderzoeken of genetische manipulatie kan worden ingezet om deze verspilling van leven een halt toe te roepen. Het idee is dat het gen van een kwal wordt gekoppeld aan het geslachtschromosoom van mannelijke embryo’s. De mannelijke embryo’s kunnen dan herkend worden doordat het gen oplicht onder een speciale lamp. Deze eieren gaan de broedmachine niet in.

Kappen van snavels
Een briljant idee, dat aantoont dat de veehouderij niet alleen op de rand van een ethisch maar ook van een wetenschappelijk omslagpunt staat. Maar SP’er Henk van Gerven verwoordde in Trouw een bezwaar: “Je moet niet knutselen met een lichtgevend kwallengen bij kippen om de praktijken bij de bio-industrie in stand te houden.” Jesse Klaver van GroenLinks en Dijksma’s partijgenoot Sjoera Dikkers gebruikten woorden van gelijke strekking, terwijl ook de Partij voor de Dieren, de ChristenUnie en zelfs het CDA, boerenpartij bij uitstek, het plan verwierpen.

Maar Dijksma heeft nog meer plannen voor de pluimveehouderij in petto. Zo liet zij bij WNL Op Zondag weten dat het kappen van snavels bij legkippen vanaf 2018 niet meer mag. Dat is drie jaar eerder dan gepland. Kippen moeten volgens de bewindsvrouw meer ruimte krijgen, opdat zij minder geneigd zijn elkaar te pikken, terwijl met een minder agressieve kippensoort moet worden gefokt. “Er zullen ook echt aanpassingen in stallen moeten worden gedaan”, stelde zij. “Natuurlijk worden er kosten gemaakt, maar de samenleving vraagt dit.”

Draai van 180 graden
Uit haar dadendrang blijkt dat Dijksma de koers van de veehouderij in Nederland een draai van 180 graden heeft gegeven ten opzichte van haar voorganger, CDA’er Henk Bleker. Dijksma wil dat Nederland in Europa voorop loopt met dierenwelzijn, terwijl Bleker een beleid voorstond waarmee Nederland alleen aan de minimale Europese dierenwelzijnseisen zou voldoen. Waar Bleker te allen tijde het economisch belang voorop stelde, wil Dijksma de uitwassen van het huidige systeem indammen. Wie had gedacht dat de olijk ogende Dijksma zo dapper zou zijn?

Tijd om groen te leven

Eerder gepubliceerd op SARGASSO.

Compassion-in-World-Farming-Legbatterij-1368708904-324x193OPINIE – Je zou bijna denken dat de voedselproductie in onze contreien in handen is van een stelletje maffiosi. Wanneer grijpt de politiek in door paal en perk te stellen aan de reguliere voedselindustrie?

Nu zijn het weer de eieren. Eerder, om maar wat te noemen, kwam het antibioticamisbruik in de Nederlandse vee-industrie aan het licht. Nog niet zo lang geleden volgde het rundvlees/paardenvlees-schandaal. Of denk aan het genetisch gemodificeerde zaaigoed van landbouwchemiegigant Monsanto, dat na Amerika ook Europa probeert te veroveren. En nu blijkt er, zo meldde het NOS Achtuurjournaal, gefraudeerd te zijn met onterecht als biologisch gekenmerkte eieren.

Al die schandalen zijn van hetzelfde laken een pak: er is gerotzooid met ons voedsel. En dat gerotzooi, weten we langzamerhand, is een structureel en nijpend probleem. Het productiesysteem dat de westerse maatschappij een overvloed aan voedsel heeft gebracht, is gestoeld op uitbuiting van dieren en verwoesting van onze leefomgeving en die van anderen. Denk ook aan de grootschalige kap in het Amazonegebied, een doorlopend schandaal dat gezien de omvang van het probleem al helemaal weinig aandacht krijgt. Waarom wordt het oerwoud gekapt? Juist, voor de productie van meer en goedkoper voedsel.

Serieuze tegenbeweging
Steeds meer mensen beseffen dat de moderne voedselproductiewijze heel erg veel te ver is doorgeschoten om in moreel en ecologisch opzicht nog langer houdbaar te zijn. Zeker nu andere economieën opkomen, waardoor ook in die landen de vraag naar goedkope luxeproducten en luxevoedsel stijgt, lijkt ineenstorting van het huidige ecologisch systeem op onze planeet met rasse schreden naderbij te komen. Gelukkig is in Nederland en omringende landen een tegenbeweging op gang aan het komen waardoor, bijvoorbeeld, duurzamer geproduceerd voedsel door een toenemend aantal supermarkten inmiddels standaard is opgenomen in het assortiment.

Dat laatste betekent dat er aan duurzamer geproduceerd voedsel tegenwoordig geld te verdienen is, veel geld. Daardoor wordt het natuurlijk ook interessant voor fraudeurs, maar toch – er is een begin gemaakt naar een voor mens, dier en planeet gezondere productiewijze. Wat nog ontbreekt, helaas, is een overheidsstreven om de reguliere voedselindustrie het vuur na aan de schenen te leggen. Sterker nog, landbouwsubsidies van de Europese Unie omvatten jaarlijks bijna een miljard euro, waarvan nog bijna niets naar projecten voor vergroening gaat. Wel is het streven van de EU om in 2020 negentien procent van de landbouwsubsidies in die richting te sturen.

Gezwinde spoed
De manier waarop landbouw wordt bedreven in en door de westerse wereld moet veranderen. Nu. Niet vergroening op termijn is nodig, maar radicale vergroening op dit moment. Reclame voor en prijsstunten met producten die op geen enkele wijze door de duurzaamheidsbeugel kunnen, bijvoorbeeld, moeten in de ban. Betuttelend? Onmogelijk? De industrie is ongezond voor de mens, verwoest in razend tempo de natuur, martelt dieren. Het is tijd om toe te geven dat wij er een zooitje van hebben gemaakt. Het is tijd om bedrijven die niet in gezwinde spoed richting duurzaamheid manoeuvreren in de ban te doen. Het is tijd om groen te leven.

Het morele gewicht van vijftig miljoen kilo vlees

Eerder gepubliceerd op SARGASSO.

OPINIE – Het laatste schandaal in de vee-industrie betreft de verwerking van paard in rundvlees: vijftig miljoen kilo vlees is teruggeroepen. Is het omslagpunt bereikt?

Wat zegt het over onze maatschappij dat er in de mediale consternatie over vijftig miljoen kilo teruggeroepen vlees voorbij wordt gegaan aan de vraag of deze verspilling van voedsel in moreel opzicht nog wel aanvaardbaar is. Vijftig miljoen kilo! Omdat er misschien paard in het rundvlees zit. Terwijl er meer dan genoeg mensen zijn die het zouden eten… Het vlees naar de prullenbak verwijzen, waar het terugroepen op neerkomt, toont onze onverschilligheid ten aanzien van leven dat anders is dan wij.

Er is niet vastgesteld dat er iets mis is met het vlees, behalve dat er – schandalig, natuurlijk – niet de waarheid is gesproken over de diersoorten die er in zijn verwerkt. Schadelijk voor de gezondheid zou consumptie ervan niet zijn. Duidelijk is wel dat de controles niet veel voorstellen, wat de vraag oproept wat er nog meer in ons vlees zit dat niet achterhaald wordt. Maar een paniekreactie op de ontdekking van paard in rund is niet nodig, en dat is precies wat het terugroepen van al dit vlees wel is. Gebruik tijd, geld en moeite liever om het falende systeem te veranderen.

Bewuster
Het is onvoorstelbaar dat de reguliere vee-industrie nog steeds niet massaal de rug is toegekeerd, ondanks de talloze symptomen van het failliet ervan. Daarbij denk ik aan deze fraude, maar vooral ook aan de grootschalige ziekte-uitbraken – of alleen al de dreiging daarvan – waarvoor soms miljoenen dieren gedood worden, simpelweg omdat doodmaken de goedkoopste uitweg uit de problemen lijkt. Ook denk ik aan de beelden die stiekem gemaakt zijn in de stallen van de reguliere vee-industrie, waarop dieronterende toestanden te zien zijn.

Mensen eten vlees, prima. Maar zij die niet zonder hun gehaktbal kunnen zouden zich wel eens wat bewuster mogen zijn van wat er op hun bord ligt. Het lot van de dieren in de vee-industrie is voor de meeste mensen geen onderwerp van zorg, gewoon omdat zij het zich kunnen permitteren weg te kijken. Gewend als wij zijn aan uitwassen, denken wij er niet eens meer aan om morele vragen te stellen over het terugroepen van vijftig miljoen kilo vlees. We nemen er notie van, tonen desgevraagd verontwaardiging en gaan over tot de orde van de dag.

Maatschappelijk debat
Als een overheid besluit zo veel vlees te vernietigen, zonder dat de markt op tilt slaat of burgers in opstand komen, dan is de door deze overheid gerepresenteerde maatschappij toe aan herijking. De ijkvraag dient te zijn: ‘Waar zijn wij in vredesnaam mee bezig, dat wij tientallen miljoenen dieren per jaar na een schandalig slecht leven in mootjes hakken voor ons eigen genot?’ Het gros der Nederlanders gooit achteloos een paar kiloknallers op de barbecue, geen moment beseffend dat vlees ooit een luxeproduct was.

Moet vlees dan weer een luxeproduct worden? Nee. Maar terughoudendheid mag de consument wel betrachten. En hulp om mensen in die richting te bewegen mag de overheid best bieden. Door over vlees uit de reguliere vee-industrie een vleestaks te heffen. Door de eisen voor het dierenwelzijn in de vee-industrie fors op te schroeven. Door subsidies alleen nog toe te kennen aan biologische boeren. Door in Europa te pleiten voor scherp toezicht op dierenwelzijn. Het is tijd voor een maatschappelijk debat over de moraliteit van de vee-industrie.

Afrekenen met Bleker

Eerder gepubliceerd op SARGASSO.

SARGASSOFOTO

OPINIE – De ontwikkelingen in het Nederlandse natuurbeleid verdienen het eindelijk weer eens in het zonnetje gezet te worden. Al blijven er wel kritische kanttekeningen.

Nederland durft weer mooi te zijn. Althans, die indruk wekt alleen al de titel van de intiatiefwet van PvdA, D66 en GroenLinks, die vorige week is overhandigd aan staatssecretaris Sharon Dijksma van Economische Zaken: Mooi Nederland. De nota wordt gesteund door PVV, SP, ChristenUnie en de Partij voor de Dieren. Minder dan een half jaar na het aantreden van het huidige kabinet lijkt de Tweede Kamer door middel van Mooi Nederland rigoureus af te rekenen met het natuurbeleid van Henk Bleker, de onder natuurbeschermers beruchte voorganger van Dijksma.

Bleker besloot dat Nederland voortaan alleen nog maar aan zijn Europese verplichtingen voor natuurbescherming zou voldoen. De Ecologische Hoofdstructuur, die de grote natuurgebieden in Nederland met elkaar moest verbinden, werd geschrapt – en daarmee twintig jaar ploeteren en investeren achteloos terzijde geschoven. Bij dierenbeschermers zette vooral de geplande uitbreiding van de lijst met vrij te bejagen in het wild levende dieren kwaad bloed. In de Tweede Kamer sloten de belangrijkste oppositiepartijen de rijen om tot een natuur- en diervriendelijker alternatief te komen voor Blekers plannen.

Koerswijziging
Deze samenwerking is nu dus uitgemond in een koerswijziging die niet minder groot is dan die Bleker voor ogen stond, maar dan diagonaal de andere kant op. Nu ja, Mooi Nederland is nog slechts door Dijksma ontvangen. De staatssecretaris zal de initiatiefwet ter advies aan de Raad van State voorleggen, waarna zij, waarschijnlijk in april, met een eerste voorstel voor een nieuwe wet Natuurbescherming komt. Deze koepelwet moet drie bestaande wetten samenballen en vereenvoudigen. De kans is groot dat Mooi Nederland een goede verstaander heeft in Dijksma, aangezien haar partij (PvdA) er een van de initiatiefnemers van is.

De Flora- en Faunawet is een van de wetten die in de nieuw koepelwet moet opgaan. De opstellers van Mooi Nederland hebben de kans aangegrepen om de in die wet opgenomen vrijejachtlijst niet uit te breiden, zoals Bleker van plan was, maar juist te schrappen: geen plezierjacht meer. Als dit voorstel door Dijksma wordt overgenomen, valt er in Nederland oprecht weer eens te juichen over de omgang met de in het wild levende dieren in ons land. Ook de natuurverbindingen zullen alsnog worden afgerond, terwijl Nederland zich in internationaal opzicht niet minimalistisch maar vooruitstrevend durft te tonen op het gebied van natuur en natuurbeheer.

Euforische stemming
Het beleid maakte onder Bleker een terugtrekkende beweging, die het zetje gaf om de opstellers van Mooi Nederland de krachten te laten bundelen voor een kordaat en prachtig tegengeluid. Wie de euforische stemming rond Mooi Nederland opsnuift, zal zich achter de oren krabben van verbazing. Nog maar twee maanden geleden, dus na het vertrek van Bleker, leek de natuurbescherming in Nederland immers zozeer van ondergeschikt belang te zijn geworden dat zelfs Vogelbescherming Nederland akkoord ging met de vergassing van meer dan 500 duizend ganzen. Ook dat plan is imiddels voor onbepaalde tijd in de ijskast gezet.

Is het natuurbeleid in Nederland dan af zodra Mooi Nederland tot beleid is verheven? Nee. Dat is het pas als de natuur zichzelf kan bedruipen – op de manier waarop wij dat willen, dus zonder ons overlast te geven of schade te berokkenen. Dat betekent dat wij moeten leren om, bijvoorbeeld, het landschap niet te herinrichten met als doel een verdwijnende diersoort terug te lokken naar ons land om vervolgens, als dit beleid een doorslaand succes blijkt, die dieren in grote getalen af te maken omdat we ze eigenlijk toch maar lastig vinden. De plezierjacht wordt afgeschaft, nu de beheerjacht nog. Zo ver durft ook Mooi Nederland nog lang niet te gaan.

Megastallen voor megaconsumenten

Eerder gepubliceerd op SARGASSO.

Compassion-in-World-Farming-Batterijkooien-1363342371-260x193

OPINIE – Voor megastallen valt best iets te zeggen, maar wie het oprukken ervan wil tegenhouden, moet niet in verboden denken. Megastallen zijn slechts een symptoom van ons uit de hand gelopen consumptiepatroon.

Toen ik nog vlees at, kreeg ik dat op het laatst nauwelijks door mijn keel – bij elke hap keek het dier in kwestie mij bij wijze van spreken met onschuldige ogen recht in de ziel. Dergelijke gevoelens kan ik anderen niet opleggen, gelukkig, waardoor niet iedereen eenvoudig te bewegen is tot een vleesloos dieet. Toch is het belangrijk dat mensen zich bewust worden van de gevolgen van de wereldwijd snel toenemende vraag naar dierlijke producten.

Deze toenemende vraag is de voornaamste drijfveer voor onze zoektocht naar efficiëntere wijzen van productie. Megastallen zijn een uitwas van die op zich heilzame zoektocht. Toch is er vanuit het perspectief van dierenwelzijn niet veel in te brengen tegen deze gedrochten als bij bouw en inrichting ervan wordt geredeneerd vanuit de noden van de dieren. Vanuit breder milieuoogpunt zijn megastallen een verbetering ten opzichte van zowel de reguliere vee-industrie als de biologische dierhouderij. Goed, de stallen zijn geen lust voor het oog, maar ook dat is geen doorslaggevend argument; windmolenparken zijn dat evenmin, terwijl menig groendenker vindt dat we daar aan moeten geloven als we werk willen maken van schone energie.

Big Mac Drive-Thru

Mijn bezwaar tegen megastallen is dat zij een exponent zijn van het probleem dat gepaard gaat met de toenemende welvaart. Dat probleem is onze overmatige consumptie, die met zich meebrengt dat we steeds dikker worden en denken dat er geen grenzen zijn aan die welvaart. Een vergelijkbare exponent van dat probleem heb ik met eigen ogen in de Verenigde Staten aanschouwd, waar ik acht jaar lang met  plezier heb gewoond. In dat land is het doodgewoon om alles met de auto te doen. Geld pinnen? Doe je bij de drive-thru van je bank. Zin in een hamburgertje? Die haal je bij de Big Mac Drive-Thru. Je hoeft en komt dus ook je auto niet meer uit. Dat is gemakkelijk terwijl er, net als voor megastallen, zelfs vanuit milieuoogpunt iets voor te zeggen is.

Wie naar de bank gaat om te pinnen, doet er qua uitstoot van vervuilende gassen inderdaad beter aan langs de automaat te rijden dan de auto uit te zetten, geld op te nemen, en de auto weer op te starten. Maar door het autovriendelijke klimaat in de Verenigde Staten ga je steeds meer autorijden. Autorijden is er zo gemakkelijk gemaakt dat iemand die een paar kilometer fietst of loopt, of gebruik maakt van het openbaar vervoer, door de gemiddelde Amerikaan meewarig wordt aangekeken: ‘Waarom zou je, in godsnaam?’

Echte antwoord
Megastallen maken het mogelijk om grote hoeveelheden dierlijke producten tegen een zo laag mogelijke kostprijs te produceren. Alleen, de vraag naar vlees wordt groter naarmate het goedkoper en in grotere hoeveelheden geproduceerd wordt. Daardoor blijft de productie toenemen en maken megastallen uiteindelijk zelfs plaats voor de nog grotere gigastallen. In die zin is de vee-industrie, net als de Amerikaanse auto-liefde, een voorbeeld van de werking van het economisch model dat wij nastreven. Het is mooi dat meer mensen toegang hebben tot meer voedsel. Maar op deze manier vormen we de planeet waarop we wonen wel om in een door mensen ingericht landschap waarin weinig ruimte is voor de schoonheid van de natuur.

Voor mij staan megastallen symbool voor de greep van de mens naar de almacht in die natuur. Ik heb er vertrouwen in dat de mens voor alle problemen die hij onderweg naar die macht creëert een min of meer adequate oplossing bedenkt. Maar op een gegeven moment moet hij zich afvragen of hij er niet beter voor kan zorgen minder problemen te creëren. Megastallen zijn een antwoord op het onnodige probleem van overconsumptie in een economie die moet blijven groeien. Verzet tegen het oprukken van deze stallen is dan ook terecht, zij het niet op grond van dierenwelzijn of milieu. Een verbod is niet het antwoord, want slechts symptoombestrijding. Het echte antwoord moet komen van de consument, die zich moet bezinnen op zijn consumptiepatroon.

Social Network Integration by Acurax Social Media Branding Company
Visit Us On TwitterVisit Us On FacebookCheck Our FeedVisit Us On Linkedin
Social Network Integration by Acurax Social Media Branding Company
Visit Us On TwitterVisit Us On FacebookCheck Our FeedVisit Us On Linkedin