Ik dacht dat we nooit meer iets van hem zouden horen. De dood van zijn zoon zou hem er onder krijgen, verwachtte ik. Maar zie, iets meer dan een jaar na dat ongeval staan we aan de vooravond van een nieuwe Nick Cave. Een Cave die als vanouds zal intrigeren, belooft voorproefje Jesus Alone.
Het nieuws dat er een nieuw album aankomt, is enkele maanden oud. Maar plotseling is het moment bijna daar en begint het gevoel me te bekruipen dat ik vroeger had, toen hij mijn god was: het gevoel dat deze man werkelijk bijzonder is, exceptioneel getalenteerd als liedjesschrijver en sfeermaker.
Gevoel van exclusiviteit
Mensen die Cave niet waarderen, noemen hem meestal deprimerend en hekelen zijn stem. Die stem, ja, daar valt vanuit zangtechnisch oogpunt wat op aan te merken, hoewel hij ook in dat opzicht is gegroeid. Maar hoe ouder Cave wordt – nu bijna 59 – hoe indringender en getergder hij klinkt. Niets snijdt dieper door mijn ziel als zijn stem.
Het wegzetten van Caves muziek als treurigstemmend heb ik nooit begrepen. Zijn teksten zijn soms absurdistisch morbide, vaak aalglad en steevast pretentieus. Hoe kun je dat niet waarderen? Tegelijkertijd ben ik blij dat Cave niet de halve mensheid raakt, maar nog altijd een gevoel van exclusiviteit oproept.
Schaduw
Jesus Alone nu, het promolied van het album, dat Skeleton Tree is gedoopt. In dit lied bezingt Cave de dood van zijn zoon, maar dat kan ook niet anders. Hij heeft de pijn van zich afgeschreven en gezongen en maakt zijn gehoor deelgenoot van het rouwproces. Het resultaat is oorverdovend mooi.
Cave slaagt er zelfs met de schaduw die nu om hem heen hangt in niet te deprimeren maar te ontroeren. Het lied maakt dat je hem bij je wil hebben, hij laat je voelen en begrijpen wat hij doormaakt. Menigeen zou instorten na wat hem is overkomen, de muziek van Cave is er alleen maar mooier op geworden.